Je hoeft natuurlijk geen stoel te nemen, maar waarom zou je niet lekker onderuitgezakt in een strandstoel de films willen zien? Dat dachten vandaag al driehonderd mensen, want zoveel stoelen zijn er gereserveerd en die worden uitgedeeld door Daan en Leah.

Leah: “Een huisgenoot die de coördinatie doet, vroeg me te komen helpen en ik had tijd omdat het vakantie is. Gisteren was het mijn eerste dag en ik had niet gedacht dat er zoveel mensen zouden komen, maar ik vind het erg gezellig. Het doet me een beetje denken aan mensen die op een terrasje zitten. Gezien het goede weer verwacht ik dat het vandaag weer erg druk wordt.

Daan: “Ik ben via een studiegenoot erin gerold en deed dit vorig jaar ook al. Toen was het een lastigere locatie en slechter weer dus ik dacht ook dat er niet zoveel mensen zouden komen. Maar ze kwamen en ze bleven! Dat was erg leuk. De sfeer is gewoon heel goed. Mensen druppelen binnen en als ze het niet kennen zeg ik: kom, pak een stoel, eet iets, relax. Vorig jaar hadden we een oud stel dat zich er helemaal op had voorbereid; ze hadden thermokleren aan en wel zes keer een printje gemaakt en meegenomen met het bewijs van de stoelreservering. Ze wilden graag in de fotocabine maar die was helaas kapot en toen hebben we de Pluk-fotograaf opgesnord om een foto van ze te maken. Zulke dingen zijn erg leuk en typisch Pluk dus ik hoop dat ze er dit jaar weer bij zijn.”

Naast de stoelen is dit ook de plek waar je dekens kunt halen. We vragen ons af of dat met deze temperaturen wel nodig is. Leah: “Ja, nu is het nog warm, maar zo rond half elf, elf uur koelt het snel af en dan zijn die dingen erg fijn. Mensen kunnen de dekens zelf pakken dus zodra de film begint, zijn wij vrij en kunnen we ook gaan kijken. Daar heb ik veel zin in, want het zijn altijd films die ik nog niet ken.” Ze is ook enthousiast over het vrijwilligerswerk: “In Amsterdam is Pluk elf dagen, maar hier vijf dagen dus dat is heel goed te doen. En het is alleen de avonden dus je bent niet de hele dag bezig. Ik zou het volgend jaar best weer willen doen.”