Wat komt er allemaal bij kijken om elf dagen Pluk de Nacht neer te zetten? Razende reporter Sam De Wilde gaat undercover in de festivalorganisatie en zoekt het uit. Gisteren brak hij zijn hoofd over de containers.

Wat me steeds weer opvalt (en hoe kan het ook anders) wanneer ik op het Plukterrein kom, zijn die grote containers. Een stuk of zes voor het scherm. Eentje voor de projector. Daaronder eentje die knus is ingericht om in te zitten. En als je echt achter de schermen gaat, zie je zelfs een ‘vrijwilligerscontainer’. Ik vermoed dat ze daarin gekweekt worden, de vrijwilligers. Waar haal je er anders zoveel vandaan?

Nu, bij de meeste dingen die bij het organiseren van een filmfestival in de open lucht horen, kan ik me wel iets voorstellen. Je hebt een grote tent nodig, dus die ga je huren. Je kan die dan rechtzetten met hulp van de in je container gekweekte vrijwilligers. Voor de films contacteer je de sales agents en dan ga je onderhandelen. Je zoekt cateraars voor op het terrein en je zorgt voor bier. En strandstoelen. En theelichtjes in van die leuke witte zandzakjes. En elektriciteit. En WiFi. En posters. En stembiljetten voor de publieksprijs. En een website. En toiletpapier voor in de dixies. Kortom, je hebt allerlei dingen nodig, maar de wereld is een mooie plek vol lieve mensen die je daar graag bij helpen.

Maar hoe kom je nou in godsnaam aan een paar containers? Is er dan een of andere oom van een vrijwilliger die zegt: “Ik heb er nog wel een paar in mijn garage liggen, kom maar halen”? En zelfs als dat gebeurt, hóé ga je ze dan halen? Wie heeft (naast mensensmokkelaars en koelkastimporteurs) die dingen ook echt regelmatig nodig?

Ik wil het allemaal vragen aan Plukbezieler Jurriaan en probeer hem te onderscheppen wanneer ik hem weer eens over het terrein zie stuiven. Jurriaan is meestal te herkennen aan de grote stofwolk in zijn kielzog. Ik wil hem ook graag vragen wat een bezieler precies doet en of vrouwen bezielers sexy vinden maar eerst moet ik meer weten over die containers. Ik probeer hem bij te benen en wanneer ik eindelijk binnen gehoorsafstand ben geraakt heb ik gelukkig nog net genoeg adem om te vragen hoe het nu zit met die containers. “Ja Sam, die ga je toch gewoon huren.” Oh. Voor ik kan vragen hoeveel vrijwilligers er dan nodig zijn om de grote bakken het terrein op te krijgen en hoeveel er die onderneming gemiddeld overleven, is hij alweer achter de horizon verdwenen. Vast ergens een theelichtje gezien dat was uitgegaan.

Gewoon huren dus. Dat had ik kunnen weten. Wanneer ik ’s nacht naar huis ga zie ik op de achterkant van de schermcontainers in grote letters “container huren?” staan. Ik denk dat ik het voorlopig toch nog maar even bij undercoverwerk houd, voor ik zelf ook iets in de open lucht probeer te organiseren.