Victoria
- long
- 140'
- No English subtitles
De titelheld van Victoria is een Spaanse serveerster, die vereenzaamt in Berlijn totdat ze in een club vier vrolijke vrienden ontmoet. Autodieven, maar je kunt niet alles hebben. In één take, zonder cuts en montage, blijft de film bij haar, bij haar nieuwe kameraden door dik en dun en bij de langzaam ontsporende gebeurtenissen gedurende twee nachtelijke uren in Berlijn.
Eigenlijk is het niks bijzonders dat een film in één take wordt opgenomen. Dat gold al voor de allereerste filmpjes. Alleen: die filmrolletjes waren maar kort, een paar minuten. Camera aan, doe je dansje, rolletje vol. Langer kon een take niet duren.
Toen Hitchcock in 1948 Rope maakte, duurde een filmrol maximaal tien minuten. Maar hij wilde dat de film zo veel mogelijk als één continue take zou voelen. In real time. Dus verzon hij trucjes: hij eindigde de ene opname op een beeldvullende schaduw en begon daar weer de volgende. Daardoor zie je de cut niet en voelt het als één ononderbroken take.
En toen kwam de digitale revolutie. De eerste die het lukte een complete speelfilm in één take op te nemen, was de Russische meester Aleksander Sokoerov met Russian Ark, gedraaid in de Hermitage van St. Petersburg in 2002. Hij gebruikte speciaal ontworpen apparatuur: één man liep achter de cameraman aan, verbonden met dikke kabels, met een joekel van een experimentele harde schijf op zijn rug. Die was niet overschrijfbaar: vol was vol. Sokoerov had maar één kans.
Maar goed, het is natuurlijk geen wedstrijdje – al ligt dat risico bij one take-films op de loer. De makers van Victoria kunnen het in hun persmap ook niet laten om te benadrukken wat voor een productionele uitdaging het was: 22 locaties, 150 figuranten, 6 regieassistenten, 7 acteurs, ruim 2 uur lang gevolgd door 3 opeenvolgende geluidscrews!
Terwijl: zo bijzonder is het dus niet. Niet alleen omdat filmmakers het altijd al gedaan hebben, binnen de beschikbare technische mogelijkheden (en theater het heel vaak doet, met acteurs die op het toneel blijven, en dan is het nog live ook), maar ook omdat de one take voor ons feitelijk de normale manier van kijken is. Zo zijn we het gewend: het leven is één take! (Die je, net zoals Russian Ark, niet kunt overdoen.)
De one take is voor ons feitelijk de normale manier van kijken: het leven is één take!
Als je er even over nadenkt zijn juist cuts heel vreemd: het ene moment kijk je vanuit hier, het volgende vanuit daar, en hup, je bent weer terug waar je was. Of je bent na een cut opeens twintig jaar later en in een ander land, onder water of op een andere planeet. Het is bijna onbegrijpelijk dat we daar psychologisch zo weinig moeite mee hebben. Dat we er niet totaal gestoord van worden. De continuïteit van tijd en ruimte is een bodem onder ons innerlijk leven, maar in de cinema laten we dat moeiteloos los. Kom maar op met die flashbacks! En we raken juist geïntrigeerd en nieuwsgierig als een film dat wel doet: filmen zoals we leven.
Want intrigerend is het zeker. Een film zonder cuts, zeker eentje die, zoals Victoria (en destijds Russian Ark), voortbeweegt, kilometers maakt (en dus geen Kammerspiel is), die bij zijn hoofdpersoon blijft en, dat weten we dan al van tevoren, ons nooit loslaat, zo’n film creëert een heel ander gevoel dan ‘gewone speelfilms’ (die dus eigenlijk heel freaky en trippy en weird zijn als je erover nadenkt). Echter, directer, intenser.
Voorbeeld. Meestal als iemand in een speelfilm ergens heen moet, zie je hem in een auto stappen, wegrijden, cut, arriveren en weer uitstappen. In Victoria stap je in, rijd je de hele afstand mee, en stap je weer uit. Een direct effect is dat je gevoelsmatig altijd weet waar je bent, waar die club, dat café, dat dakterras, die parkeergarage met gangsters en die woonflat zich ten opzichte van elkaar bevinden. Zodat je ook de hete adem in je nek blijft voelen van bad guys en achtervolgers. Zodat je gevoel kan zeggen: nee, rijd nou nog even door, niet hier al stoppen, ze zitten nog vlakbij! Bij een gemonteerde film kan dat niet – niet zonder kunstgrepen in elk geval (zoals het een personage laten zeggen, bijvoorbeeld).
Want ja, clubs en gangsters. Victoria is een Spaanse serveerster die al zes maanden in Berlijn woont en in een club eindelijk wat echte Berlijners leert kennen. Dat ze al snel doorheeft dat die niet in hun eigen auto’s rijden, neemt ze giebelend voor lief. Naïef? Nou ja: alleen zijn is ook geen pretje. En het gaat allemaal nogal snel. Iets wat je ook alleen maar met een one take op deze manier kunt ervaren. Mocht je na een uurtje toevallig op je horloge kijken, bedenk dan even hoeveel er al is gebeurd. En bedenk dat Victoria daarvan allemaal een uur geleden nog geen weet kon hebben.
KEES Driessen