The Deadly Ponies Gang
- short
- 64'
- English spoken
De blanke gangsta rapper-look–alikes uit deze New Zeelandse culthit van Zoe McIntosh zijn bepaald geen mannelijk ideaal van Penny-paardenmeisjes, maar daar hebben matties Dwayne en Clint schijt aan. Een docukomedie over een van de vreemdste subculturen ever, het megadrukke leven van werkelozen, paarden pimpen, vriendschap en kunstgebitten.
Je kan zeggen wat je wilt, maar deze vreemde snuiters hebben in ieder geval doorzettingsvermogen en originele ideeën waar het versierpogingen aangaat. (Helaas soms ook een bord voor de kop – maar dat terzijde.) Dwayne en Clint pimpen hun paarden met verf, hoeflak, plastic kettingen en zonnebrillen en hopen daarmee indruk te maken op ’t rondlopende vrouwelijk schoon. Maar de versiertechnieken van deze zelfbenoemde ‘drukste werklozen ooit’ zijn roestig. Clint haalde zich al woede op hals van een paardenmeisje door zijn telefoonnummer met verf op haar edele dier te spuiten; Dwayne heeft contact met de dames zelfs al jaren in de ijskast gezet. Omdat hij zonder tanden door het leven gaat, voelt hij zich minder man.
De heren ruiters rijden, biertjes wegklokkend, blowend en in ’t wilde weg filosoferend, door een landelijk white trash-gebied. Hun exclusieve paardengang werd opgericht vanwege de hogere kans op sjansen en hustlen (wiet verkopen aan paardenmeisjes en moeders uit de middenklasse), maar toch ook vooral vanwege een logistieke reden. Dwayne: ‘You need transport to get from A to B.’ Clint vult aan: Which is always far away.’ Een ‘no brainer.’ Dus.
We leren deze ‘wingmen forever’ kennen in vele snappy, komische en tegelijkertijd aandoenlijke momenten waarin zij hun levensverhaal en hun way of life uit de doeken doen. In vrijwel elke scène weten de kleurrijke paradijsvogels de leukste anekdotes op te lepelen. Een greep uit de enorme grabbelton: Over hoe Clint als klein jongetje gratis paard kon komen rijden als zogenaamde gehandicapte. Z’n moeder drukte hem op het hart: “’Put on your crippled-face, boy!’, and I was draggin’ my foot and shit’, vertelt hij …. Daar begon ook gelijk zijn liefde voor paarden: ‘I got up on that horse and I just knew that I was a fish in fuckin’ water, hey.’ Ook leuk: Dwayne, over de naam van zijn eerste pony: (genegeerd): ‘Pinky Pie.’ De naam van zijn tweede paard klopte gangsta style-wise veel beter: ‘Boss Nigger’. Vernoemd naar zijn kat. Of die keer dat het illustere duo aan hun karma werkt door als achenebbisj Kerstmannen gestolen speelgoed aan de arme jeugd weggeven. Clint: ‘Als Robin in the Hood!’
Verder zijn er vermakelijke bijrollen weggelegd voor The Rhymestone Cowboy (‘the baddest gangster rapper on a horse’) en Deadly Ponies Gang aspirant-lid Kody. Die dude voldoet qua paarden pimpen absoluut aan de eisen, maar is met zijn 12 jaar te jong om echt te hustlen, aldus de bloedserieuze gangcommissie.
Tussen alle slicke oneliners door loopt de rode draad van het verhaal: de aanloop naar Clints ‘Help My Mate Dwayne Get Some New Teeth Fund Raising Gig’. Want zoiets doe je gewoon voor je beste vrienden, toch?
Maricke Nieuwdorp