Het regisseursduo van La Pivellina (vanmiddag te zien in de Pluk reprise) toont de goede kant van Italiaanse ‘circusmensen’. Terwijl circusartieste Patty op een schemerige avond in een grijze buitenwijk van Rome haar hond Hercules zoekt, vindt ze een meisje van twee. Achtergelaten in een park. Het verhaal van La Pivellina (‘het kleintje’) is geïnspireerd op een gebeurtenis waar één van de regisseurs, Tizza Covi, ooit zelf getuige van was.
“We waren op zoek naar een verhaal voor Patty, Walter en Tairo, de hoofdrolspelers. We hebben hen vijftien jaar geleden ontmoet, toen we als fotografen een portrettenreeks maakten van circusartiesten”, vertelt Rainer Frimmel, Covi’s eega en de andere helft van het Italiaans-Oostenrijkse regisseursduo. De zogenaamde ‘circusmensen’ die midden in Rome in woonwagenkampen wonen, zijn Italianen met Roma-roots. Ze worden vaak beschuldigd van het stelen van kinderen, onterecht. Een jaar voor de film uikwamen werden in Napels nog woonwagens in brand gestoken nadat een dergelijk verhaal in een krant verscheen. “Later bleek dat het bedacht was door de krant, een Berlusconi-krant”, zegt Frimmel.
La Pivellina ontving in Italië één negatieve recensie, volgens Covi in één van de grootste Berlusconi-kranten. Covi, lachend: “Ze schreven dat de film saai was en gebaseerd op leugens. Een groot compliment voor ons. Hadden ze geschreven dat het een goede film was, dan hadden wij iets verkeerd gedaan.”
Het ‘Berlusconi-regime’ deed Covi verhuizen van Rome naar Wenen, waar haar man vandaan komt. “Ik kan geen film in Italië maken, omdat de regering non-commerciële projecten niet steunt.” Hoewel subtiel, zit de film vol met politieke statements. In een scène waarin Patty Tairo helpt met studeren gaat het bijvoorbeeld over Mussolini. Rainer: “Het is shockerend dat zelfs in recente films zoals Vincere, Mussolini nog als een held wordt neergezet. Italianen zouden kritischer naar dit deel van hun geschiedenis moeten kijken.”
Frimmel en Covi, beiden met een achtergrond in de fotografie, maakten voorheen documentaires. Met La Pivellina zetten ze de stap naar fictie. Een voorzichtige stap, want de film balanceert op het randje van documentaire en fictie. “We wilden ons eigen verhaal toevoegen aan een bestaande realiteit”, aldus Frimmel. “Het verhaal is niet waar, maar het zou waar kunnen zijn.”
Een oplettende kijker ziet wellicht de foto van Charlie Chaplin voorbijkomen, een subtiele knipoog naar The Kid, Chaplins klassieker waarin een zwerver zich over een achtergelaten baby ontfermt. La Pivellina bevat diezelfde combinatie van armoede en generositeit: het is ontroerend om te zien hoe Patty en Walter, die het niet breed hebben, alles geven aan de kleine vondeling.
De hoofdrolspelers zijn geen ervaren acteurs, maar spelen zichzelf. Ze wonen in hetzelfde woonwagenkamp als waar de film zich afspeelt, en leiden soortgelijke levens. Frimmel: “Ze hadden de neiging om te overacteren, terwijl wij wilden dat ze zichzelf bleven. En soms werd het te persoonlijk, zoals de scène waarin Tairo vertelt dat zijn vader hem verliet. Dat komt behoorlijk overeen met zijn echte levensverhaal. De dialogen in de film zijn volledig geïmproviseerd. Dat zijn de delen die veel weg hebben van een documentaire.”
Frimmel en Covi, die een duo zijn op alle fronten – getrouwd, met twee kinderen en nauw samenwerkend voor hun productiebedrijf Vento Film – vormden samen de voltallige crew. Frimmel deed de camera, Covi het geluid en samen deden ze de regie. Covi: “Er is geen sprake van een democratie, want dan zou het honderd jaar duren om een film te maken. Wat we maken is dus altijd half Rainer, half mij.”