Pluk heeft de langverwachte zomer met zich meegebracht. De zwoele avondzon glittert over het IJ en verft de gezichten van de bezoekers in hun strandstoelen warm goudgeel. De perfecte setting voor de – in hun eigen woorden – “rustige, harmonieuze, dromerige chill wave” van Onegg, de band die gisteren na de film iedereen van het kampvuur weg moest trekken richting Klup de Nacht.

De film was gisteren niet de enige primeur op Pluk: Onegg speelde hun eerste optreden in Amsterdam. Ze spelen zelfs een nummer dat de dag ervoor pas in elkaar is gezet. De vierkoppige formatie is er klaar voor, en de band kent Pluk goed: bandlid Ewa liep er twee jaar geleden stage. “Je weet nooit wat een avond hier brengt”, lacht ze.

Eeneiïge tweeling Marysia (toetsenist) en Ewa (“the beat doctor”) begonnen ongeveer een jaar geleden met Onegg, vernoemd naar hun verbintenis. De zusjes groeiden op in de house-generatie en luisterden veel naar elekronica toen ze besloten het heft in eigen handen te nemen. “We hadden zo veel ideeën, dus we zijn het gewoon maar gaan doen.” Al snel werden Rosanne en Ike erbij gehaald, collega’s van het tweetal bij de Utrechtse poptempel Tivoli. De groep treedt sindsdien veel op in thuisbasis Utrecht. Nu nog voor de lol, maar je weet nooit. “We zijn net geboekt voor ons eerste festival, dus over drie jaar staan we op Melt! Of doen we een thuiswedstrijd in Tivoli.” Eerst maar eens in spullen investeren. “En een zanger vinden, eentje die bij onze sound past.”

Marysia weet door haar piano-achtergrond hoe ze een eigen geluid, een eigen wereld moet creëren. Ewa bepaalt het ritme. Rosanne en Ike wisselen de bas af. Het viertal werkt alleen maar met analoge synthesizers en drumcomputers. Een hoop apparaten op het podium,dus. “Op de een of andere manier denken mensen altijd dat we met zijn vieren aan het draaien zijn, terwijl we geen draaitafels hebben. We spelen live. Maar mensen associeren elektronische muziek toch met een DJ.”

Onegg is nog zoekende, maar dat is juist leuk. “Onze nummers klinken nog zo verschillend. Maar het gaat wel duidelijk een richting op.” Dromerig en broeierig dus. Geen techno in ieder geval, maar wel dansbaar: “Vooraan gaat het meestal wel los.” Dus als ze een soundtrack waren, dan waren ze Prins? Of Drive? “Bij Drive zouden we wel goed passen ja. En Palmbomen is te gek. Daar kunnen we ons echt nog niet mee vergelijken.” Wie weet over drie jaar dan.

Foto: Pieter Slöetjes