De Daily Pluk duikt achter de schermen en vraagt de regisseurs van de Pluk-films naar hun inspiratie, het creative proces en de productie. Adrián Biniez verwerkte zijn eigen kleine crisis in El Cinco: “De film móest in Argentinië gemaakt worden, in de stad waar ik opgroeide, bij mijn favoriete voetbalclub.”
Wat gebeurt er als een onlosmakelijk deel van je identiteit, je manier van leven en je carrière plotseling ten einde komt? Iedereen krijgt er mee te maken, en er zijn beroemde voorbeelden genoeg die ons voorgaan: Madonna worstelt ermee, David Hasselhoff en Lance Armstrong moesten er doorheen. George Clooney was slim genoeg om laat te beginnen, maar sporters hebben die optie niet. Slechts een enkeling komt daar ongeschonden doorheen. Adrián Biniez toont in El Cinco wat er nodig is om jezelf niet te verliezen als het onvermijdelijke gebeurt.
“Ik heb zelf nooit zo’n crisis gehad als mijn personage Patón”, vertelt Biniez via Skype. “Het dichtst bij kwam ik toen ik verhuisde van Buenos Aires naar Uruguay. Dat is zoiets als verhuizen van Nederland naar Duitsland, denk ik: het is vlakbij, maar toch heel anders. Een lichte crisis, dus, waar ik in mijn eigen tempo mee om kon gaan.” Voor profsporters is dat anders, stelt de regisseur. “Zij krijgen al veel eerder dan jij en ik te maken met het einde van hun carrière. Dat is heel concreet, echt een fysiek einde, tastbaar en onvermijdelijk.”
Biniez zelf is zelf zeker geen sportief type. “Ik leef in een compleet andere wereld dan Patón, een sporter in hart en nieren. Hij voelt zijn crisis in zijn hele lichaam, dat langzaam uit vorm raakt.” Maar ondanks die afstand komt El Cinco voor Biniez wel degelijk recht uit het hart. “De film móest in Argentinië gemaakt worden, in Talleres, de stad waar ik opgroeide, bij mijn favoriete voetbalclub. Dat was het uitgangspunt van de film: een verhaal over een relatie, een persoonlijke crisis, en het voetbalteam van mijn jeugd. De film had niet in Uruguay gemaakt kunnen worden. Mensen in Argentinië praten heel anders, agressiever, met veel gevloek in elk gesprek. Zo praat men in Uruguay niet, en ik wilde die taal in de film, waarin veel gepraat wordt.”
Zo heeft El Cinco meer in zich uit Biniez’ eigen leven. Na zijn debuut met Gigante in 2009 had de regisseur de behoefte om een meer biografische, realistische film te maken, vertelt hij. “Het hoofdpersonage is losjes gebaseerd op een vriend van me. Hij heet ook Patón, en speelt op dezelfde positie in het veld, maar dat zijn de enige overeenkomsten. De meeste scènes zijn fictie, maar de setting en de thema’s komen voort uit de tijd dat ik er woonde. Dus het is een mix van mijn eigen ervaringen, mijn vrienden, en fictie-elementen.”
Diezelfde vrienden werden ook ingezet tijdens het maken, net als de inwoners va het stadje en zelfs het echte voetbalteam. “We draaiden op de oorspronkelijke trainingsvelden, en ik vroeg mensen uit mijn oude buurt en vrienden voor bijrollen. Ik repeteerde veel met ze, en zorgde dat ze in situaties zaten die voor hen bekend zouden voelen, zodat ze niet te veel dialoog hoefden te onthouden maar tijdens de opnames konden improviseren.” De twee hoofdrolspelers, Esteban Lamothe al Patón en Julieta Zylberberg als zijn vriendin Ale, moesten daarentegen trouwer blijven aan het scenario. “Ze hebben hier en daar wel geïmproviseerd, en sommige dingen hoefden ze niet te repeteren, aangezien ze in het echt ook een stel zijn! Maar de levens van Patón en Ale lijken totaal niet op die van henzelf, dus daarvoor moesten ze putten uit het scenario.”
Veel recensenten noemden El Cinco een coming-of-age verhaal – schrijver dezes incluus. Maar Biniez is het daar niet mee eens. “De film gaat eerder over relaties, met toevallig een beetje voetbal erbij. De sport staat weliswaar in het hart van de film, omdat de kern van Patóns crisis eruit voortkomt, maar je kunt je op een ander vlak met de film verhouden. Ik wilde de realiteit van zijn crisis weergeven in kleine details en alledaagse gesprekken. Als hij zijn vader vertelt dat hij het voetbal vaarwel zegt en weer naar school gaat, ziet hij er bijna uit als een kind. Misschien dat mensen het daarom een coming of age film noemen, maar volgens mij ontvluchten we op élke leeftijd de verwachtingen die we hebben, en die anderen van ons hebben. El Cinco gaat over wat er ná de coming of age komt, als je de nieuwe realiteit moet omarmen. Een heel pure crisis.”