Regisseur David Zellner zal vanavond aanwezig zijn bij de vertoning van zijn film Kumiko, the Treasure Hunter. De Daily Pluk ging met hem fietsen door Amsterdam en ondervroeg hem ondertussen over zijn inspiratie, het creatieve proces en het maken van de film.
Zachtjes trekt David Zellner de deur achter zich dicht en controleert of deze in het slot is gevallen. Dan draait hij zich om en glimlacht. We wisselen namen en handdrukken uit en ik stel voor dat we een fiets voor hem gaan huren. Door het Jordanese straatje, dat nu in zijn herinnering voor altijd Amsterdam zal symboliseren, lopen we richting de fietsenwinkel. Nog een keer kijkt hij achterom en bestudeert hij de gevels achter ons. Zodat hij straks niet zal verdwalen. Ik vraag of hij moe is van zijn vlucht. Dat valt wel mee.
David heeft me verteld dat hij thuis in Austin ook veel fietst en met het Amsterdamse verkeer lijkt hij dan ook geen problemen te hebben. Op een rustig tempo fietst hij achter me aan over bruggetjes en langs de grachten. De lange rij bij het Anne Frank-huis verbaast hem en hij vraagt zich af van wie al die fietsen in de fietsflat zijn.
Met het pontje varen we naar Noord voor een bezoek aan EYE. We zetten onze fietsen vast aan een standaard naast het witte bouwwerk. Netjes op dubbel slot. Bewonderend loopt David naast mij de trappen op en het gebouw door. Echt een gave plek vind hij het en hij vraagt me wat er hier eerst was. Als ik antwoord dat er niets was, kijkt hij nog eens bedachtzaam om zich heen.
Ik denk dat het juist interessant is om feit met fictie te verbinden. Niemand gaat tegenwoordig nog echt op een queeste!
Door de deur in de grote glazen wand lopen we naar buiten en gaan zitten aan een tafel op het terras. Het uitzicht is filmisch. Inktblauwe wolken hangen boven het Centraal Station, maar het water is kalm en bij ons schijnt nog de zon. De wind is echter woest en algauw worden we weggeblazen. En aangezien we ons eten niet hetzelfde lot toewensen, verplaatsen we onszelf naar een rustigere plek. Een tafeltje op een van de bovenste brede treden van de indrukwekkende houten trap die langs alle zijkanten van de foyer naar boven loopt. Er staat een bordje op met ‘vanaf 5:45 gereserveerd voor diner’. Ik kijk op mijn telefoon. Vijf uur. Dat moet kunnen. We bestellen garnalenkroketjes en bitterballen. David is bang dat hij van een biertje in slaap zal vallen, dus drinken we koffie – americano.
Hij vertelt dat hij deze zomer al vaak heen en weer is gevlogen tussen Europa en de VS, voor verschillende festivals en screenings. Dit is eigenlijk de eerste keer dat hij ook even de tijd kan nemen om het land te verkennen. Hij vindt het leuk in Europa en zou graag nog eens terugkomen voor een echte vakantie. Dan is het tijd om te praten over de film, waarin de Japanse Kumiko op zoek gaat naar de schat die in de film Fargo in Minnesota wordt begraven.
Heb je zelf ooit zo’n waanzinnig idee gehad als Kumiko? Dat je iets moest doen, hoe onrealistisch het ook leek?
“Ja. Het maken van deze film zelf, denk ik. Het duurde twaalf jaar. Vooral het rondkrijgen van de financiering was soms lastig. En aangezien we het filmden in verschillende delen van de wereld, hadden we soms ook moeilijkheden met de planning. We hebben ons vaak afgevraagd of we niet beter konden stoppen. Maar het verhaal leek ons zo uniek en interessant, dat we eigenlijk geen keuze hadden.”
Is het uitdagend of juist belemmerend voor je eigen fantasie om zo’n krankzinnig verhaal in de werkelijkheid tegen te komen?
“Het verhaal van Kumiko werd oorspronkelijk gepresenteerd als waarheid, maar bleek later een legende te zijn. Dat vond ik echter niet erg. Het deed me het verhaal eigenlijk nog mooier vinden. Ik zag wel iets in zo’n legende, een moderne queeste. Niemand gaat tegenwoordig nog echt op een queeste. Ik denk dat het juist interessant is om feit met fictie te verbinden. Deze film heeft zijn oorsprong in een verhaal dat we zijn tegengekomen, maar we hebben er zelf ook veel bij verzonnen. Het was interessant om te zien dat er verschillende versies van de ‘waarheid’ waren. Vooral op het internet, waar iedereen een expert claimt te zijn.”
Wat had jij gedaan, als je in Minnesota had gewoond en Kumiko had op een dag op de stoep gestaan met de vraag of je haar kon helpen de schat uit Fargo te vinden?
(Lacht) “Ik zou haar proberen te helpen.” Na even nadenken: “Het hangt ervan af hoe ver ze al was.”
Hoe ver op haar reis of hoe ver heen in haar waanzin?
“Haha. Dat tweede.”
Was het moeilijk om een film te regisseren met een hoofdrolspeelster uit een andere cultuur, die een vreemde taal sprak?
“Dat had best moeilijk kunnen worden, maar we waren goed voorbereid. Het team waarmee we in Japan werkten begreep heel goed wat voor film en sfeer we in gedachten hadden. Iedereen was bezig om dezelfde film te maken. Het kan weleens zo zijn dat het niet duidelijk is en dat iedereen zijn eigen film probeert te maken. En dan heb je een slechte film. Japan vond ik geweldig. Vooral de ‘work hard, play hard’ mentaliteit die daar heerst. Ik zou graag teruggaan.”
Inmiddels zijn de bitterballen en kroketjes geserveerd, en als ik mijn volgende vraag stel, blijft het even stil. Wanneer ik opkijk van mijn notities zie ik dat David een halve bitterbal tussen zijn vingers heeft geklemd. De andere helft zit in zijn mond. Ik vraag of hij lekker is. Hij knikt, een beetje moeizaam. Of hij zijn mond verbrand heeft? Hij glimlacht en knikt weer.
Hoeveel research heb je gedaan naar de echte Kumiko?
“Geen. We hebben het verhaal slechts op de legende gebaseerd. Meer informatie was ook niet beschikbaar, dus de details hebben we zelf verzonnen.”
Het duurde twaalf jaar om deze film te maken. Is er gedurende die jaren veel veranderd aan het script?
“Ja, heel veel. Gedurende zo’n lange periode veranderen je smaak en je voorkeuren. Je bedenkt nieuwe manieren om het verhaal te vertellen, die interessanter zijn. Ik was eerst wel een beetje verslagen, dat het zo lang duurde. Maar de film is er zeker beter op geworden.”
Wat waren je persoonlijke doelen voor deze film? Op welke vlakken wilde je jezelf uitdagen?
“Ten eerste is deze productie grootschaliger en hadden we een groter budget. That was fun! Daarnaast heb ik geprobeerd om met zo min mogelijk informatie een verhaal te vertellen. Om weinig weg te geven, maar mensen toch geboeid te houden.”
Met welke emotie zou je kijkers willen achterlaten na het zien van Kumiko, the Treasure Hunter?
“Ik probeer kijkers niet op te leggen wat ze moeten denken of voelen. Mensen hebben verschillende emoties en die zijn allemaal geldig. Het meest wat ik kan hopen is dat de film mensen raakt, maar hoe het ze raakt is persoonlijk. Met mijn films probeer ik nooit een boodschap over te brengen. Het is voor mij belangrijker dat de film mensen op een emotioneel niveau raakt.”
Het is inmiddels al veel later dan 5:45 en de serveerster loopt zo nu en dan onderzoekend langs ons tafeltje. Na wat heen-en-weer geduw met de laatste bitterbal rekenen we af en lopen we weer de buitenlucht in. Vanaf de steiger turen we een beetje over het water naar de overkant, waar ergens geel-blauwe vlaggen hard wapperen in deze wind en de eerste mensen zich verzamelen om zich te laten verbazen door waanzinnige verhalen.