Voor de tiende keer Pluk! Dus terwijl we watertandend vooruit kijken naar de komende editie, kijkt de Daily Pluk in de aanloop terug op negen fantastische festivals in de reeks Pluk Flashbacks. Loes Evers berichtte in 2009 over die knalblauwe lichtstreep in de lucht direct tegenover festivallocatie het Stenen Hoofd.
Tegenover het Stenen Hoofd, aan de andere kant van het IJ, staat een blokvormig gebouw dat ‘s avonds verlicht wordt door een felblauwe neonrand aan het dak. Wanneer er aan de achterkant van de loods op het Stenen Hoofd films worden vertoond, loopt deze blauwe rand dwars door het beeld. Al vanaf het uur nul vragen medewerkers en bezoekers van Pluk de Nacht zich af: waarvoor dient het gebouw en waarom, in godsnaam, dat blauwe randje?
Het grijze, kubusvormige gebouw intrigeert door zijn vervreemdende uitstraling, maar vooral vanwege dat felblauwe licht. Kunstenaar Teun Castelein (29) raakte zo gefascineerd dat hij er een foto van nam, die hij op formaat 100 x 130 cm in zijn woonkamer ophing. Castelein: “Dit gebouw is van een geweldige saaiheid. Tegelijkertijd kun je je van alles voorstellen bij wat zich daarbinnen afspeelt. Dat komt door het blauwe randje. Zonder die rand zou het gewoon een saai gebouw zijn. Wat er in zit? Ik denk aan een waterzuiveringsinstallatie.”
Noorse dolomieten
Een belrondje langs projectbureau Noordwaarts en stadsdeel Noord levert geen sluitend antwoord op de vraag waarvoor dit gebouw dient; geen enkele projectmanager of ambtenaar – mensen die zich horen te ontfermen over dit terrein – weet wat er daarbinnen gebeurt.
Gelukkig is de wijsheid wel in pacht bij het Historisch Centrum Amsterdam Noord. Bestuurslid en architect Kees Alberts: “Het blokvormige gebouw is een nette omhulling van een aantal cylindrische silo’s. De bouw is uitgevoerd onder toeziend oog van de Welstandscommissie, die destijds graag een verzorgder uiterlijk wilde voor de talrijke uitbreidingen in het gebied.”
Het bedrijf dat nu in het gebouw huist heet Omya, zo weet Alberts ons te vertellen. Omya importeert dolomieten uit Noorwegen, om te vermalen tot poeders die als vulmiddel in de verfindustrie worden gebruikt. “De aanvoer van de stenen komt per zeeschip”, aldus Alberts. “De drijvende kraan, oftewel ‘De Reiger’, lost de scheepslading in een trechter waarin een transportband de stenen omhoog voert naar de maalderij. Het bedrijf benut de ligging aan diep vaarwater ten volle.”
“Dat was vast een idee van de architect. Het heeft geen functie, het is meer een stijlkeuze. Blauw is namelijk de kleur van Omya.”
Transparant en onopvallend
Gerard Out, bedrijfsleider van de Amsterdamse vestiging van Omya, bevestigt het verhaal van Alberts en vertelt meer: “Dit gebouw is in 1998 ontworpen en neergezet door architect Wim Deen uit Obdam, in opdracht van Omya. Hier werken maar tien mensen, verder staat het helemaal vol met silo’s, molens, lopende banden en machines. Van de Welstandscommissie moest het een ‘transparant’ gebouw zijn, dus het mocht niet opvallen in de omgeving.” Maar het blauwe randje, dat is toch niet bepaald subtiel? “Tja, ik weet ook niet hoe het daarmee zit. Dat was vast een idee van de architect. Het heeft geen functie, het is meer een stijlkeuze. Blauw is namelijk de kleur van Omya.”
Architect Wim Deen ontwierp dit gebouw als een tijdelijke loods. “Maar ja, ze zitten er nog steeds. Het is een vrij simpele constructie: een doos die alle silo’s en molens verbergt voor de buitenwereld. Eigenlijk is het niet meer dan een regenjas.” En ook nog eens een saaie, grijze regenjas. “Dat kon niet anders. Het moest wegvallen in de omgeving, orde scheppen in de chaos. Kijk, voor zo’n bedrijf moet een ontwerp gewoon praktisch zijn, zonder opsmuk.” Volgens Deen heeft het blauwe neonlicht aan het dak wel degelijk een functie. “Het is om vliegtuigen te waarschuwen. En inderdaad, het is ook de kleur van Omya.”
Nu hebben wij eens omhoog gekeken en we konden geen enkel vliegtuig spotten dat zo laag vliegt. Dus, meneer Out, mag dat licht dan gewoon uit? “Ja hoor, voor een avondje is dat geen enkel probleem. Geef maar een gil.”