De verhalen op het scherm houden iedere avond weer honderden Pluk-bezoekers gebiologeerd, maar de verhalen van áchter de schermen zijn vaak net zo interessant. De Daily Pluk vist ze boven. Maar bij Love Story van Florian Habicht is er geen verschil tussen voor en achter de schermen.

Related movies

Florian Habicht is enthousiast over zijn bezoek aan Amsterdam, waar hij tijdens Pluk de Nacht de vertoning van zijn film Love Story komt bijwonen. Een paar jaar geleden volgde de Nieuw-Zeelandse regisseur een workshop bij Binger Filmlab in Amsterdam. “We sliepen een week lang niet, maar filmden continu. Zonder script naar buiten en draaien. Ik ontdekte toen dat de straat mijn thuis is. Dat heb ik gebruikt bij Love Story. Terugkeren naar Amsterdam met deze film brengt dat full circle.”

In Love Story ontmoet Habicht, die zichzelf speelt, de Russische Masha in de metro van New York. Zij wordt zowel de hoofdpersoon van zijn film als real-life object van verlangen. Wanneer het de filmmaker niet lukt de verhaallijn verder te ontwikkelen, besluit hij daarvan zijn uitgangspunt te maken en willekeurige mensen op straat het verhaal te laten bepalen. “Iedereen behalve mijn vader [die via Skype een rol speelt, LE] heb ik via de camera ontmoet. De magie en onvoorspelbaarheid van eerste ontmoetingen zie je terug in de film.”

Habicht kreeg vaak nogal wilde suggesties van de New Yorkers. “Een kunstenaar uit de East Village stelde voor dat ik de liefde zou bedrijven met het publiek, dus namen we een liefdesscène op tussen mijzelf en een hele hoop mensen. Het belandde niet in de film. En nee, het zal ook niet op de dvd staan!”

“Een einde aan de film breien was loodzwaar. Ik vloog terug naar Nieuw-Zeeland met tig verschillende slotscènes in mijn rugzak.”

De filmcrew bestond slechts uit vier mensen: Habicht als regisseur, acteur, art director, cameraman en geluidsman; de in New York woonachtige Nieuw-Zeelandse fotograaf Maria Ines Manchego die met een Canon 5D en 35mm-lenzen de dramascènes filmde; kunstenaar Isobel Drybourgh die extra scènes opnam; en editor Peter O’Donoghue die de eerste helft van de opnameperiode op locatie de beelden monteerde. Geen van hen had enig idee welke kant het op zou gaan. Wat een speelfilm moest worden, ontwikkelde zich tot een liefdesrelaas waarbij documentaire en fictie elkaar afwisselen en in elkaar overlopen. “Een einde aan de film breien was loodzwaar. Ik vloog terug naar Nieuw-Zeeland met tig verschillende slotscènes in mijn rugzak.”

Love Story is óók een ode aan New York, voor Habicht het equivalent van vrijheid. “Ik heb een vreemde, ingedeukte borstkast, zoals je in de film ziet. Daar schaamde ik me altijd voor, totdat ik in New York iemand met eenzelfde, ontblote borstkas zag lopen. Het zag er heel cool uit! In de film zie je mij vervolgens door de stad rennen in een gestreepte maillot en zonder shirt, en niemand kijkt op of om. Dat geeft een ontzettend vrij gevoel.”

Een ode aan New York gecombineerd met romantische jazzmuziek; verwijzingen naar Woody Allen zijn onvermijdelijk. “Het is mooi om met hem vergeleken te worden, maar ik heb het er niet bewust in gestopt. Ik laat meer de rauwe kant van New York zien, terwijl Allen in de ‘upper sides’ van de stad uithangt. En als kind, ver voordat ik mijn eerste Woody Allen-film had gezien, hield ik al enorm van de muziek van bijvoorbeeld Nino Rota, Fellini’s componist.”

Na afronding van de film was Habichts droom een vertoning van Love Story in New York. Dat gebeurde vorige zomer, tijdens het slotweekend van het festival Rooftop Films. Op het dak van de New Design High School in de Lower East Side, terwijl het New Yorkse verkeer zes verdiepingen lager een toepasselijke soundtrack bij de film verzorgde, werd de film ‘teruggegeven’ aan de mensen die het verhaal hadden gevormd. Na afloop zongen een paar New Yorkers uit de film, onder wie de stralende autoreparateur Libra en ‘stwong coffee’ Richie, Frank Sinatra’s New York, New York. Habichts vader was erbij via Skype, met een projectie op het scherm. “Talk about full circle!